Carmignac’s Note
Begrotingstekorten doen veel stof opwaaien, en terecht: als de tekorten oplopen, gaat dat meestal gepaard met evenwichtsverstoringen en inherente onzekerheid en dat leidt onder meer tot volatiliteit op de rente- en valutamarkten. Maar het ene begrotingstekort is het andere nog niet. We hebben drie uiteenlopende landen uit drie verschillende continenten vergeleken, en dan valt op dat de begrotingstekorten van India, de Verenigde Staten en Frankrijk weliswaar van dezelfde orde van grootte zijn1, maar desondanks erg van elkaar verschillen.
In hoeverre een begrotingstekort invloed heeft op de staatsschuld varieert en is afhankelijk van de maximale schuldenlast die een land kan dragen op basis van het bbp en de beleidsruimte die overheden hebben om de ontwikkeling van het tekort te beïnvloeden.
Laten we eerst onderzoeken hoe ver een overheid een begrotingstekort kan laten oplopen. Aangezien de verhouding tussen de schuldenlast en het bbp voor alle drie deze landen ongeveer even hoog ligt (rond de 100%), kan gesteld worden dat het niveau waarop een tekort nog te dragen is – dus een tekort waarbij de schuldenlast niet verder oploopt – rechtstreeks afhankelijk is van de hoogte van de nominale bbp-groei. De bovengrens voor de staatsschuld wordt bepaald door de nominale bbp-groei: stijgt de schuld boven die grens uit, dan begint de verhouding tussen de staatsschuld en het bbp op te lopen.
Dankzij een sterke potentiële groei kan de noemer (de omvang van de economie) sneller groeien dan de teller (de omvang en de kosten van de staatsschuld) en aangezien de Indiase reële bbp-groei momenteel wordt geraamd op ruim 7% per jaar en de inflatie in de regio door de bank genomen op zo'n 4% ligt, ziet het ernaar uit dat dit subcontinent een rooskleuriger decennium ingaat dan Frankrijk of de VS, waar zowel de reële bbp-groei als de inflatie naar verwachting op zo'n 2% per jaar gaan uitkomen. India profiteert ervan dat het land een jonge economie heeft die een inhaalslag maakt ten opzichte van de rest van de wereld.
Om te beginnen kijken we naar hoe een begroting gunstiger kan uitvallen. Dit kan door de inkomsten te verhogen, de uitgaven te verlagen of beide. De inkomsten van de overheid zijn een cruciale parameter, evenals de mate waarin de overheid de belastingen indien nodig kan verhogen. Overheden van ontwikkelde economieën genieten doorgaans hogere inkomsten dan in economieën van zogeheten opkomende markten. Aangezien de belastingopbrengsten goed zijn voor meer dan 45% van het Franse bbp, kunnen we ons afvragen in hoeverre de overheid van dat land in staat is om extra bronnen van inkomsten te vinden. De Laffercurve, vernoemd naar de Amerikaanse econoom Arthur Laffe, impliceert dat belastingverhogingen boven een bepaald punt contraproductief kunnen werken. In de woorden van voormalig president van Frankrijk Jacques Chirac, 'een te hoog belastingtarief fnuikt de belasting'. De VS en India kunnen daarentegen ruimschoots nieuwe bronnen aanboren, indien nodig.
Bovendien moet er zorgvuldig onderzocht worden in hoeverre een regering zou kunnen bezuinigen op haar uitgaven. Twee van de grootste en mogelijk nog steeds oplopende kostenposten van de overheden die we hier onderzoeken, zijn ten eerste sociale uitkeringen en toeslagen en ten tweede rentekosten. Deze eerste zijn onlosmakelijk verbonden met de maatschappelijke vergrijzing van ontwikkelde landen, een toenemende vraag naar sociale uitkeringen, toeslagen en de nodige uitgaven voor decarbonisatie en defensie. Momenteel ogen de netto-rentekosten van alle drie de landen ongeveer even hoog – 2,6% tot 3,5% van het bbp –, maar in de toekomst zal het verschil tussen deze landen waarschijnlijk oplopen. De Indiase rente-uitgaven gaan de komende jaren naar verwachting geleidelijk dalen, terwijl die van Frankrijk en de VS waarschijnlijk op zijn best hetzelfde blijven2.
We sluiten af met de uitspraak van een Indiase minister: 'Begrotingsdiscipline is noodzakelijk voor een sterke economie en sociale rechtvaardigheid'3.
1Ten opzichte van de omvang van de respectievelijke economieën.
2De IMF Fiscal Monitor wijst op een afname van 1 à 2% t.o.v. het bbp in 2029, terwijl het in de VS naar verwachting stabiel blijft op 3,4% van het bbp en in Frankrijk waarschijnlijk oploopt tot 2,8% van het bbp.
3Smriti Irani, minister in het Union Cabinet en lid van het parlement/Lok Sabha.
Belangrijke juridische informatie
Dit document is gepubliceerd door Carmignac Gestion S.A., een door de Franse toezichthouder Autorité des Marchés Financiers (AMF) erkende vermogensbeheerder, en zijn Luxemburgse dochteronderneming, Carmignac Gestion Luxembourg, S.A., een door de Luxemburgse toezichthouder Commission de Surveillance du Secteur Financier (CSSF) krachtens artikel 15 van de Luxemburgse wet van 17 december 2010 erkende beheermaatschappij van beleggingsfondsen. "Carmignac" is een gedeponeerd merk. "Investing in your Interest" is een aan het merk Carmignac verbonden slogan.
Dit document vormt geen advies met het oog op een belegging in of arbitrage van effecten of enig ander beheer- of beleggingsproduct of enige andere beheer- of beleggingsdienst. De in dit document opgenomen informatie en meningen houden geen rekening met de specifieke individuele omstandigheden van de belegger en mogen in geen geval worden beschouwd als juridisch, fiscaal of beleggingsadvies. De informatie in dit document kan onvolledig zijn en kan ook zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd. Dit document mag noch geheel noch gedeeltelijk worden gereproduceerd zonder voorafgaande toestemming.